Weesgedichten en hun inspiratie: een gesprek met illustrator Leen Huysmans

op 31.01.2024

Voorafgaand aan de lancering van de Weesgedichten, hadden we het genoegen om in gesprek te gaan met Leen Huysmans. Leen, een illustratrice in bijberoep, heeft voor het derde opeenvolgende jaar meer dan honderdtwintig Weesgedichten doorheen de hele regio voor Dijk 92 geplaatst. We ontmoeten haar in Bar Belgica voor een boeiend gesprek over de Weesgedichten en de impact die dit project op haar heeft gehad. 

Hoe is jouw passie voor illustreren ontstaan?

Mijn liefde voor tekenen is al sinds mijn jeugd aanwezig. Zowel mijn moeder als mijn oma hebben een sterke artistieke aanleg, wat mijn interesse alleen maar aanwakkerde. Als kind volgde ik lessen aan het Deeltijds KunstOnderwijs (DKO), later het KunstSecundair Onderwijs (KSO), en vervolgde mijn studie met een bachelor in grafisch ontwerp (illustratie en grafische vormgeving) en een bachelor in sociaal-cultureel werk aan het hoger onderwijs. Hoewel ik geen formele opleiding in kalligrafie heb gevolgd, heb ik mezelf handletteren en schoonschrift eigen gemaakt, vaak door gewoon te experimenteren, soms rechtstreeks op ramen. Inmiddels geef ik zelfs workshops hierin!

Hoe ben je voor het eerst in aanraking gekomen met de weesgedichten? 

Mijn eerste kennismaking met de Weesgedichten kwam eigenlijk via Dijk92. Tom vroeg me om illustraties te maken voor de Weesgedichten. Hoewel ik wist dat dit bestond, had ik er zelf nog nooit aan deelgenomen. Op mijn werk in het Stadsmuseum te Dendermonde hadden ze mijn naam doorgegeven aan Dijk92. Zo kwamen ze uiteindelijk bij mij terecht. In eerste instantie twijfelde ik of ik dit wel kon. Het eerste jaar dacht ik dat ik zo'n honderd gedichten kon maken, maar het werden er uiteindelijk 120. En dan bleven er maar gedichten bijkomen, en dacht ik bij mezelf: "O nee, gaat dit wel lukken?" Maar ik bleef elke dag doorgaan en uiteindelijk is het me toch gelukt.

Ondertussen heb ik al twee succesvolle jaren achter de rug. Dit jaar is mijn derde jaar.

Je hebt al heel wat gedichten op ramen aangebracht. Waar haalt je jouw inspiratie voor de illustraties bij de gedichten? 

Bij het gedicht zelf richt ik me niet alleen op de letterlijke betekenis, maar probeer ik er een extra dimensie aan toe te voegen. Mijn tekeningen zijn bewust eenvoudig, deels vanwege tijdgebrek, maar ook omdat ik de schoonheid zie in eenvoud. Een simpele tekening creëert een rustig beeld, zonder afleiding van drukke details. Ik vermijd het letterlijk weergeven van wat er in het gedicht gebeurt. Mijn tekeningen vangen het gevoel dat het gedicht bij me oproept, evenals de beelden die in mijn eigen verbeelding opkomen. Soms probeer ik me in te beelden wat er net voor of na de tekst zou gebeuren en geef ik dit weer.

Vorig jaar stuitte ik op het gedicht Blarenseizoen van Lucas Rijneveld. Ik koppelde er mijn studentenjob als redder in het zwembad van Hamme aan. Ik herinner me nog hoe ik daar zat, gewoon mijn weg zoekend door de zomer. Bij het lezen van het gedicht herleefde ik die periode. Ik moest dit gedicht vorig jaar zo’n vier keer plaatsen. Bij elk gedicht plaatste ik een andere illustratie. Met reddingsbanden en waterelementen probeerde ik de sfeer, die het gedicht voor mij had, vast te leggen. Hoewel er geen directe connectie was, kwam mijn inspiratie rechtstreeks uit mijn herinneringen.

Dit is interessant om te horen. Je kunt inderdaad rechtstreeks inspiratie nemen vanuit de tekst die er staat, maar het geeft een extra dimensie van vernieuwing wanneer je een illustratie neemt die niet rechtstreeks verbonden is met het gedicht. 

Nou, via de tekening kun je echt een extra laag toevoegen aan het gedicht. Ik vind wel dat je de tekst zoals de dichter die heeft geschreven, moet respecteren. Soms zie ik dat illustratoren hun eigen accenten leggen in het gedicht, bijvoorbeeld door een woord groter te maken, ook al heeft de schrijver dat niet gedaan. Dat vind ik lastig, omdat je niet weet of de schrijver het zo bedoeld heeft. Voor een raamgedicht maakt het misschien niet zoveel uit, maar ik ken enkele mensen die zich echt bezighouden met poëzie. In mijn eerste jaar heb ik wel wat gedichten meer experimenteel benaderd. Later kreeg ik opmerkingen dat dit misschien niet helemaal overeenkwam met de oorspronkelijke intentie van de schrijver.

Toen dacht ik, ik ga de tekst en de titel in een mooi lettertype zetten, er een tekening bij maken, maar verder houd ik me aan het origineel.

Maar als ik het zo hoor, ken je eigenlijk wel enkele dichters? 

Slechts een paar. Eentje daarvan is Maarten Buser. Hij was vorig jaar een van de dichters en schreef een verhaal over chatvrienden, genaamd "Re". Dat was best grappig, omdat we vroeger zelf chatvrienden waren via MSN. Ik heb hem nog nooit in het echt ontmoet. Het was wel frappant dat zijn gedicht net over dat onderwerp ging. Ik heb hem daarna een bericht gestuurd met het resultaat.

Soms krijg ik dan achteraf een berichtje: "Oh, wat leuk om thuis te komen en zo’n verrassing te vinden!"

Je vertelde net dat je van dichters soms feedback krijgt. Krijg je van de personen waar je gedichten hebt aangebracht feedback? 

Vaak plaats ik de gedichten wanneer mensen niet thuis zijn, wat voor hen een aangename verrassing is. Elk jaar plaats ik zo’n 130 gedichten. Het is niet altijd mogelijk om met iedereen een afspraak te maken, omdat ik ook afhankelijk ben van het weer. Als het weer slecht is, kan ik de gedichten niet aanbrengen. Ik steek altijd een kaartje met mijn informatie in de bus. Soms krijg ik dan achteraf een berichtje: "Oh, wat leuk om thuis te komen en zo’n verrassing te vinden!"

Af en toe krijg ik ook minder positieve reacties. Vorig jaar had iemand een gedicht aangevraagd voor de kerstdagen, maar zij had dat verkeerd begrepen, want de Weesgedichten zijn niet specifiek voor kerst. Ze had het gedicht aangevraagd zonder er verder over na te denken, maar in januari was ze verhuisd! Door omstandigheden waren de mensen in de gemeente nog niet op de hoogte gebracht dat ik zou langskomen. Toen ik bij het huis aankwam, zag ik een vuil raam, maar ik dacht er verder niet bij na. Dit gebeurt wel vaker en ik heb altijd wat poetsspullen mee. Dus ik zag geen probleem. Ik maakte het raam schoon en plaatste het gedicht. Later bleek dat deze persoon verhuisd was. Ik was bang dat ik beschuldigd zou worden van vandalisme, omdat mijn kaartje in de bus zat. 's Avonds kreeg ik een bericht op Facebook waarin werd gevraagd waarom ik een gedicht op het raam had gezet. Ze waren verrast en dachten dat hun vrienden het gedicht hadden aangevraagd om hun nieuwe huis te vieren. Ze waren erg blij met het gedicht, vooral omdat het toevallig het gedicht 'Nest' (Joke Van Leeuwen) was, dat perfect paste bij hun situatie. Gelukkig dan toch nog eind goed, al goed.

Uiteindelijk was het dan wel goed dat de personen blij waren en het eerder aanvoelde als een pakje. In de plaats dat je een boze reactie zou krijgen. 

Het jaar daarvoor had ik te maken met een situatie waarbij het verkeerde huisnummer was doorgegeven. In de akker achter de tuin was een groep mensen aan het werk, maar het was niet duidelijk of dit deel uitmaakte van de eigendom. Ik belde aan, nogmaals, maar niemand deed open. Als er niemand thuis is, begin ik gewoon met het aanbrengen van het gedicht. De ramen van dit huis waren perfect schoon en glanzend. Reden te meer om te geloven dat ik hier verwacht werd! Plotseling komt er een vrouw de woonkamer binnen. Terwijl ik aan het raam aan het tekenen ben, zwaai ik naar haar. Maar toen ik haar gezicht zag, merkte ik plotseling pure angst en paniek in haar ogen, alsof ze dacht dat ze nieuwe ramen zou moeten kopen, en wie er voor zou moeten betalen. Ik stond daar nogal verward, totdat ze naar me toe kwam en zei dat het weg moest. Ik heb haar toen laten zien dat het gemakkelijk verwijderd kon worden. Het was een unieke situatie!

Dat zijn helaas de zaken waar je niets aan kunt doen, maar je je wel steeds zult herinneren. 

Ja, zeker weten. Fouten sluipen er nu eenmaal in. Ik betrap mezelf soms ook op domme foutjes. Maar hoe dan ook, elke fout levert weer een nieuwe ervaring en de meest bizarre verhalen op. Altijd goed op feestjes. Gelukkig krijg ik ook veel positieve reacties. Mensen die meteen een kopje koffie aanbieden. Of mensen die vorig jaar een gedicht kregen en opnieuw een aanvraag deden. Soms kom ik bij mensen waar je het niet kan laten om binnen te gaan. Dit kan ik helaas niet bij iedereen doen met elke dag een tiental gedichten op de planning.

Het geeft wel een verbindend effect dan? 

Absoluut! De mensen die ik spreek, zijn altijd heel enthousiast over dit initiatief.

Zijn er naast de positieve ervaringen, uitdagingen die je ondervindt?

Er komt behoorlijk wat administratief werk bij kijken, meer dan je zou denken. Het plannen van routes is bijvoorbeeld een hele klus, vooral omdat ik veel gemeenten bedien. Het vergt voorbereiding om alle adressen te clusteren en routes te maken, en om bij te houden wat al gedaan is en wat nog niet.

Het weer vormt een constante bron van spanning. Als het begint te regenen, moet ik stoppen of mijn werk onderbreken, anders loopt de tekst uit. Zo loopt de planning ook wel eens in de war. Zelfs als het 's ochtends nog te vochtig is, kunnen er uitlopers van verf ontstaan op de ramen. Het enige wat dan een beetje helpt, is voor het schrijven van elk afzonderlijk woord het raam droog te wrijven met toiletpapier. Ik gebruik vaak toiletpapier en houten boetseerstokjes om foutjes te corrigeren. Dit geeft een mooi resultaat en laat geen vettige resten achter.

Het gebrek aan daglicht vormt ook een uitdaging. Als het donker is, kan ik niet meer bij mensen aanbellen en wordt het moeilijk om te tekenen. Ik probeer vaak tegen zonsondergang nog één gedicht erbij te krijgen. De laatste wijzigingen gebeuren dan wel al in het donker. Soms gebruik ik een hoofdlamp, maar dit is minder prettig voor de bewoners.

Heb je het gevoel dat je zelf de regio beter hebt leren kennen, door het aanbrengen van gedichten in verschillende gemeenten? 

Absoluut! Soms rijd of wandel ik ergens en denk ik bij mezelf: "Hier heb ik een gedicht geplaatst" of "Hier ben ik naar binnen gegaan." Zo ben ik doorheen de jaren al langs alle bibliotheken in de regio geweest. Ik herinner mij ook veel van de particuliere mensen nog heel goed. Door deze contacten krijg ik wel eens nieuwe opdrachten binnen, onder andere in Hamme. Het project biedt mooie kansen voor exposure. Door overal mijn naamkaartje met mijn gegevens in de bus te steken, leren mensen me kennen. Het is een netwerkmogelijkheid voor mij.

Soms denk ik: "Misschien moet ik mijn naam ook op het raam zetten", maar er staat al zoveel informatie op. Het zou te druk worden als mijn naam er ook nog bij kwam, dus dat doe ik niet.

Mijn collega van het Stadsmuseum, die in Lebbeke woont, vroeg zich een tijdje geleden af wie deze gedichten plaatst. Ze vroeg me of ik mijn naam er niet op kon zetten, zodat ze kon zien welke gedichten door mij gezet waren. Dus vanaf nu ga ik proberen om mijn initialen in de tekening te verwerken, in Lebbeke tenminste.

Ik word ook vaak gebeld door mensen die vragen hoe ze het gedicht van hun raam kunnen verwijderen. Normaal gesproken is dit gewoon met water en zeep, maar extra producten kunnen helpen. Zelf geef ik de voorkeur aan de verf er eerst af te schrapen met de gladde kant van een ijsschraper, normaal beschadigd dit het glas niet. Om zeker te zijn kunnen ze dit eerst in een hoekje van het raam uitproberen.

Op een gegeven moment kon ik geen gedichten meer zien. Ik lees ze ook heel vaak: je leest ze na, je schrijft ze op, je leest ze nogmaals na. Je schrijft ze dan nog eens op in verschillende gemeenten. Op een gegeven moment ben je er wel klaar mee.

Heb je zelf al de tocht gedaan doorheen de regio? 

Nee, omdat ik ze allemaal al heb gezien (lacht). Een paar vriendinnen stelden vorig jaar voor om de tour te doen. Maar op dat moment kon ik geen gedichten meer zien. Ik lees ze ook heel vaak: je leest ze na, je schrijft ze op, je leest ze nogmaals na. Je schrijft ze dan nog eens op in verschillende gemeenten. Op een gegeven moment ben je er wel klaar mee. Misschien had ik het werk van mijn collega's in Dendermonde nog wel eens willen bekijken, bijvoorbeeld van Katrijn Jacobs. Maar ik had er toen ook al enkele op instagram en facebook zien langskomen. Dit jaar zou ik misschien de tour wel eens in Antwerpen willen gaan doen. Eens kijken hoe andere tekenaars zich het gedicht eigen maken.

Is het interessant om het werk van de andere illustratoren te zien? 

Natuurlijk, je kunt altijd inspiratie opdoen van elkaar. Het is ook grappig om te zien hoe verschillend mensen de gedichten interpreteren. Iedereen heeft zijn eigen kijk hierop. Ook het handschrift en de lettertypes zijn compleet verschillend.

Wat denk je dat tekeningen en gedichten kunnen betekenen voor een buurt of gemeente binnen de regio? 

Dit heeft veel betekenis. Je gaat echt naar het raam van mensen thuis kijken. Mensen komen naar buiten en praten erover. Je leert ook een beetje over iemand door het gedicht dat die kiest. Als iemand naar het gedicht staat te kijken wanneer je buitenkomt, heb je meteen een gespreksonderwerp. Het is niet alsof je uit het niets bij iemand aanklopt of hun woonkamer staat te bekijken. Het is een laagdrempelige manier om cultuur bij mensen te brengen. Het is gewoon op straat, je hoeft er nergens speciaal voor naartoe. Het is overal een beetje verspreid. Het kan gebeuren dat je totaal niet op de hoogte bent, maar toch ergens een gedicht opmerkt waar je anders normaal nooit poëzie zou tegenkomen. Sommige mensen lezen zelden of nooit een boek, gaan niet naar tentoonstellingen. Zij komen nu toch in contact met poëzie! Misschien ontstaat er wel een vonkje van interesse dat kan uitgroeien tot een nieuwe hobby.

Ik heb ook andere mooie verhalen gehoord. Ik ben bijvoorbeeld een workshop handletteren gaan geven in Sint-Niklaas. Eén van de cursisten had een gedicht aangevraagd. Op de dag van plaatsing had ze er een heel buurtfeest aan gekoppeld. Iedereen kwam langs om te kijken, zelfs haar familie was erbij. Het was een heel bijzonder moment voor deze mensen, en dat is geweldig om te zien.

Denk je dat de Weesgedichten in de toekomst nog groter zouden kunnen worden? 

Ik hoop vooral dat het blijft voortbestaan. Het is geweldig om te zien dat lokale dichters vaak worden opgenomen in de lijsten, wat een heel leuk initiatief is. Ik merk ook dat het steeds meer in verschillende gemeenten wordt gedaan. Zelf heb ik al workshops 'raamgedichten' mogen geven, omdat de meeste mensen weten dat ik hier veel ervaring mee heb en er goed in ben. Vorig jaar mocht ik er één geven in Halle, en dit jaar ga ik naar Liedekerke. De vrijwilligers die daar de weesgedichten gaan aanbrengen, krijgen van mij een workshop, dus ik ben bezig met het delen van mijn werk met anderen (lacht).

Binnenkort is jouw hoofdberoep “gedichten aanbrengen op ramen” en “workshops: hoe gedichten aanbrengen op ramen”. 

Vooral in deze periode is er veel vraag naar, en dat is echt leuk om te zien. Tijdens de workshops komen er soms vrijwilligers langs waarvan je denkt: "Wow!". Vorig jaar was er bijvoorbeeld een vrouw die prachtig kon schrijven en al een cursus kalligrafie had gevolgd. Haar werk was gewoonweg schitterend. Het is dan ook fijn om deze kennis door te geven naar een nieuw team. 

Als we terugkijken op dit inspirerende gesprek met Leen Huysmans, worden we herinnerd aan de kracht van het initiatief van de weesgedichten. We willen Leen bedanken voor het delen van haar verhaal, het aanbrengen van de gedichten en de fijne anekdotes. Wil je meer de weten komen over de weesgedichten volg haar op Instagram via @leen_huysmans_illustratie of via volgende sociale media kanalen